Dikker (Arie)

Laatste wijziging: 25 april 2016

Echtpaar Aäron (‘Arie’) Simon Dikker (Amsterdam, 18-11-1905) en Henderina (‘Rien’) Dikker-Joosten (Hoogezand, 20-10-1899)1

Het echtpaar Dikker belandde tijdens de oorlog in Wormer. Arie Dikker, zoon van Eliazar Dikker en Vrouwtje Dikker-Kan, was enig kind. Rien, dochter van Philip Joosten en Roosje Mozes, kwam uit een kinderrijke Drentse familie. Hun verwanten werden tijdens de oorlog vermoord. Rien was ziekenverzorgster, Arie administrateur van vaste goederen en kantoorbediende. Het echtpaar woonde in 1941 aan de Plantage Middenlaan 21 I, maar verhuisde op 15 januari 1942 naar de Sarphatistraat 101 boven. Deze naar een jood vernoemde straat werd op last van de Duitsers omgedoopt tot Muiderschans.

Verslag

Dankzij een al in april 1945 geschreven verslag is er vrij veel bekend over de onderduikadressen van het echtpaar Dikker. Die begon op 3-8-1942 in Hilversum, waar ze op de Marconistraat 129 onderdak kregen bij het echtpaar Rijn van Bokhorst. Ze bleven daar tot en met 9-10-1942. “Behandeling 14 dagen goed, daarna onder invloed van moeder, vrouw en familieleden steeds slechter”, noteerde Arie Dikker. na verblijf van 9 weken + 4 dagen slechts huis kunnen verlaten na chantage van f 50,-, plus f 35,- bonkaartengeld en diverse stamdistributiebonnen ingehouden door verzorger en verzorgster.”

Zaandam

Na enkele maanden te zijn ondergedoken bij het echtpaar Jongh in Zaandam en hun dochter (zie aldaar) kwam het echtpaar Dikker in contact met Jan Tuinman, die als kruidenier aan huis kwam. “Hier stelde hij zich voor als ‘Christen, Nederlander en principemens’, wars van ieder winstbejag en [hij] stond ons toe wanneer nodig een toevlucht bij hem te zoeken en te vinden, (…) hetgeen in mijn gemoed de verwachting wekte een ‘goed Nederlander ontmoet’ te hebben.” Maar alvorens in de woning van het echtpaar Tuinman terecht te komen, doken de Dikkers eerst nog vijf weken onder bij W. van Wijk, die aan de Doornenkampscheweg 40 in Renkum woonde. Arie Dikker: “Dit verblijf heeft zo kort geduurd, daar agent die ons daar onder heeft gebracht behorende tot een uitgebreide dieven- en inbrekersbende. (…) Deze agent, De W. voornoemd, had groot inkomen van J. onderduikers, bij hem gehuisvest, die hij slecht behandelde en had tevens een inkomen van f 25,- per jood of gezin door hem ondergebracht. Desalniettemin ging hij uit stelen en inbreken en werd gearresteerd wegens heling en diefstal Weermachtsgoederen, o.a. inboedel Min. Colijn.”

Wormer

Door alle perikelen belandde het echtpaar Dikker ‘na een dramatische vlucht’ bij Jan Tuinman (Barsingerhorn, 1-1-1893) en Guurtje Tuinman-Biesboer (Oudkarspel, 21-8-1890) op de Nieuweweg 67 in Wormer. Daar zouden ze tot aan de bevrijding blijven. In zijn uitgebreide verslag beschrijft Arie Dikker hoe het echtpaar Tuinman zijn vrouw en hem zou hebben uitgebuit en hun mede-onderduiker Louis van Thijn* (“Dit jongmens mocht ons lustig brutaliseren”) aan alle kant zou hebben bevoordeeld. Er zou sprake zijn van antisemitische bejegening, het onderbrengen in kleine, koude ruimtes en dwang om extra te betalen. Dat het echtpaar Dikker de kosten kon blijven opbrengen, kwam omdat ze een deel van hun geld hadden kunnen behouden. Omdat ze financiële steun ontvingen van Aries vader, makelaar Eliazer Dikker, en zijn stiefmoeder Clara van Norden beschikten ze over een buffer om de oorlog door te komen.

Bevrijding

Na de bevrijding informeerde Arie Dikker (per adres C. Zwart, Tuinstraat 16) naar de lotgevallen van negentien familieleden. Hun namen werden vermeld op lijsten van personen die in Duitsland te werk waren gesteld. Er staat echter niet aangetekend wat er met de verwanten van het echtpaar Dikker was gebeurd, maar zelf registreerde Arie Dikker dat vrijwel alle familieleden, ondanks onderduikpogingen, in kampen werden vermoord. Op 19 juli 1945 keerde het kinderloze echtpaar terug naar Amsterdam, waar ze terechtkwamen op de Zieseniskade 21 I. Als hun laatste Zaanse adres staat de Zuiddijk 361 in Zaandam genoteerd. In de jaren daarna zouden ze nog vaak verhuizen: achtereenvolgens naar De Bilt, Amsterdam, Leersum, wederom Amsterdam en in 1985 Arnhem.

1 Brief van Kees en Els Koolman uit Zaandam (februari 2008); NIOD-archief 185b, inventarisnummer 9d; Informatie van Henk Krigee uit Zaandam (4-8-2010), Jardena Gil (21-12-2012) en Frank Tjeertes uit Wormer (28-7-2014); Waterlands Archief, gemeente Wormer 1941-1950, inventarisnummer 0918-10.8